Zomercolumn met Fenny, Gert en Dylan Scholing

Het is woensdagavond 5 juni als de PR aanschuift bij Fenny Scholing-Huisman thuis. Een van de oudste leden van vv Hollandscheveld. Ook haar zoon Gert en kleinzoon Dylan zijn aanwezig. Met deze drieluik beginnen wij als PR een nieuw item waarin een familie aan het woord komt die verweven is met ons mooie cluppie vv Hollandscheveld. Onder het genot van een kopje koffie vliegen de anekdotes en herinneringen over tafel. Een gesprek die wij de PR als zeer bijzonder hebben ervaren.

PR:‘Jullie zijn de eersten in hopelijk een traditie, namelijk de eerste familie-zomercolumn van vv Hollandscheveld. Hoe lang zijn jullie als gezin eigenlijk al betrokken bij de voetbalvereniging?’

Fenny: ‘Mijn man was al haast vanaf de oprichting betrokken bij de voetbal, ik denk vanaf 1951, maar in ieder geval al voor ons trouwen.’

PR: ‘Wat is er volgens U veranderd in de loop d’r jaren, er zijn immers al decennia voorbij sinds uw man actief was betrokken bij vv Hollandscheveld?’

Fenny: ‘Vroeger was alles gemoedelijker in mijn ogen. We zochten oppas voor de kinderen als er bruiloften en andere feestjes waren en gingen met onze mannen, die bestuurslid waren, overal heen. Maar eigenlijk was het voetbal in de beginjaren vooral een mannending. Jans ging mee naar uitwedstrijden in zijn nette pak en was altijd aanwezig bij wedstrijden op het sportpark terwijl ik thuis bleef om voer, eieren e.d. te verkopen.’

PR: ‘Maar een gezellige tijd neem ik aan?’

Gert: ‘Zondags draaide alles nog om voetbal bij ons thuis. Medebestuursleden kwamen dan over de vloer en dan werd de wedstrijd van het 1e welke op zaterdag gespeeld was nog weer eens doorgenomen. Dan waren de mannen druk en als er verloren was nog chagrijnig. Ook de krant wilde weten hoe het gegaan was de dag ervoor en belde dan steevast met mijn vader.’

PR: ‘Dus alles draaide om het voetbal?’

Fenny: ‘Jans heeft natuurlijk jaren in het bestuur gezeten als secretaris, na zijn overlijden ging Nico Blokzijl dit doen, en ja dus draaide er veel om het voetbal.’

Gert: ‘Mijn vader had samen met Sake Guichelaar legbatterijen in Elim en vanaf het moment dat ik kon lopen ging ik mee om te helpen, want het moest snel gebeuren dat eieren rappen. We moesten immers weer snel naar huis zodat we weer naar het sportpark konden. Maar we gingen nooit weg voordat ik nog een poos gespeeld had met de herdershond van Sake. Waarschijnlijk is daar mijn liefde voor dit hondenras ontstaan, een mooie tijd.’

PR: ‘Dus hij heeft de gloriejaren van vv Hollandscheveld meegemaakt?’

Fenny: ‘Ja dat kun je wel zeggen. Mooie wedstrijden, goede en bekende tegenstanders van naam kwamen er naar Hollandscheveld.’

Gert: ‘Hollandscheveld had toen goede spelers hoor en anders werden ze wel overgehaald om bij ons te komen voetballen. Meen me te herinneren dat mijn vader ooit een nieuwe tv heeft gekocht voor een speler van Noordscheschut en die kwam vervolgens bij ons spelen. Jaren heeft hij bij ons in het 1e gespeeld. Mijn moeder wist hier natuurlijk niets van.’

PR: ‘Dat veranderde natuurlijk wel toen uw man en jouw vader overleed eind jaren 70?’

Fenny: ‘Onder andere Geert en Tiny Kroezen alsmede Tinus en Femmy Giethoorn hebben mij er doorheen gesleept. Echt goede vrienden. Met Gert en Marleen had ik toen natuurlijk nog twee hele jonge kinderen thuis en dat maakte het een moeilijke tijd. Het waren ook diezelfde Geert en Tiny die mij vroegen om gastvrouw te worden in de bestuurskamer. Uiteindelijk heb ik dat samen met Tiny ongeveer 30 jaar gedaan. Konden we een keer niet dan namen Jo Kikkert en Jeanet Wassen het over.’

Gert: ‘Natuurlijk mis je in één keer je vader als je zo jong bent. Wat ik me vooral uit die jaren er voor herinner dat hij altijd mee ging naar mijn wedstrijden. Zat sinds mijn 7e op voetballen en Geert Kroezen en Tinus Giethoorn waren onze trainers. In een later stadium was Jaap Mol onze trainer. We hadden een leuk team met o.a. Jaap Kikkert, Aaldert Knol, Hans Collen, Freddie Everts en Kees Mol. Heb sowieso wel hele mooie herinneringen uit mijn jeugd. De kleine houten schuur naast ons huis werd door onze vriendengroep omgetoverd tot, wat ze nu noemen, keet en daar hebben we mooie tijden beleeft. Het waren veelal vrienden waar ik ook mee voetbalde. ’

PR: ‘Wat dat betreft herhaald de geschiedenis zich Dylan. Immers jouw vader was zelfs leider bij jouw team en dus ook aanwezig bij je wedstrijden?’

Dylan: ‘Sinds ik op voetbal ging, dat was in de kabouters, was mijn vader er altijd. Later werd hij inderdaad leider. Vanaf de C-junioren tot en met de A-junioren was hij trainer/leider en Carlo Vinke onze trainer. We hadden een echt vriendenteam. Ook Ronald Dekker was mijn leider in de jeugd en nu ook weer bij het vijfde, dus wat dat betreft is de cirkel rond.’

Gert: ‘Tuurlijk ben je als vader altijd trots op je voetballende kinderen. Melissa heeft ook gevoetbald en nu natuurlijk Dylan. Echter toen ik trainer/leider werd bij Dylan heb ik hem ieder jaar voorafgaand aan de competitie gevraagd of zijn ploeggenoten dat niet vervelend vonden. Indien dat het geval was geweest was ik meteen gestopt.’

PR: ‘Vader en zoon hebben nooit gezamenlijk gespeeld. Maar hoe zit het met de kampioenschappen in de jeugd?’

Gert: ‘Dat waren er niet veel. We speelden altijd in de hoofdklasse in de jeugd en dat was al een prestatie op zich. Enkel in B2, de oudere spelers uit C1 werden vervroegd overgeheveld, ben ik kampioen geworden. Ongeslagen, alle wedstrijden gewonnen, meer dan 100 treffers gescoord en slechts een paar tegen. Jij (PR-lid was keeper) had een relatief rustig jaar in het doel. We hadden een goed team dat seizoen en werden terecht kampioen.’

Dylan: ‘Slechts in E3 werd ik kampioen. In de C-, B- en A-junioren werden we helaas steeds 2e achter Noordscheschut. Vaak stonden we qua punten een eind voor, maar vergooiden we de kans op het kampioenschap in de laatste fase van de competitie. In het laatste jaar bij de A-junioren ging op die manier KZC er mee vandoor.’

PR: ‘Hoe kijkt U nu naar het voetballen?’

Fenny: ‘De afstand tot het voetbal, het 1e en de hele vereniging is nu wat groter, dat komt natuurlijk mede door mijn leeftijd. Je groeit uit elkaar zeg maar. De band met vv Hollandscheveld zal natuurlijk altijd blijven.’

PR: ‘Trainers, jullie hebben er natuurlijk vele mee gemaakt als speler?’

Gert: ‘Eerder noemde ik al Geert Kroezen, Tinus Giethoorn en Jaap Mol. Nico Blokzijl was er echter ook één van, die trainde de C-junioren, de B-junioren en de A-junioren. Wie zie je dat tegenwoordig nog doen. Ook Hammie Kruk uit Coevorden blijft me altijd bij, hij had een mooie uitspraak: ‘Ze kunnen misschien veel beter voetballen dan ons, maar ze zullen het nooit winnen op conditie.’ Vervolgens kreeg je weer looptraining haha. Ook Nico had daar trouwens een handje van, elke vier weken coopertest en hij hield precies bij wie er waren en wie niet op die avond. Was je er niet dan kon je die maandag er op de coopertest lopen. Ook had hij aan het begin van het seizoen altijd een briefje met daarop vier namen van spelers die dat seizoen bij hem in de auto mochten zitten naar uitwedstrijden.’

PR: ‘Nu speel je dus in het 5e elftal en Zaal 1 Dylan, een leuk team?’

Dylan: ‘Ja, we hebben er net twee seizoenen opzitten. Het 5e bestaat eigenlijk uit meerdere vriendengroepen die samen zijn gaan voetballen in dit team en dat klikt prima. Het eerste seizoen zaten we goed in de spelers en werden we helaas net geen kampioen. Die eer ging naar vv Noordscheschut. Dit seizoen ging moeizamer, we hadden vaak geen echte keeper. Lenny Booij vulde dit echter in zo goed als hij kon. Ook qua spelers viel het allemaal niet mee, sommigen stopten midden in het seizoen. Wat Zaal 1 betreft dit was een hecht vriendenteam met spelers van vv Hollandscheveld en sv Hodo. We werden kampioen, al had de manier waarop leuker gekund. We werden thuis kampioen, ondanks dat we verloren van HZVV, maar als er niet zoveel wedstrijden daarvoor waren afgezegd was het al veel eerder gebeurd.’

PR: ‘Dus volgend seizoen een klasse hoger in de Zaal?’

Dylan: ‘Nee, dit team is opgeheven en voetbalt volgend seizoen onder de vlag van sv Hodo. Zelf ga ik niet mee, want naast mijn werk volg ik nog een studie HRM en daar heb ik mijn handen vol aan. Daarvoor moet ik nog minimaal twee jaar 1 dag per week naar Groningen en daarnaast natuurlijk nog de opdrachten e.d. die ik thuis moet doen.’

PR: ‘Maar nog wel in het 5e. Wat zijn je verwachtingen voor komend seizoen?’

Dylan: ‘Qua spelers zitten we nog niet ruim en dus dat blijft een punt. We kunnen er nog wel een paar bij gebruiken en ook een leider. Als keeper hebben we Sander Bijl in de goal staan en dat is weer een vooruitgang. Maar verder hoop ik dat we gezamenlijk een mooi seizoen draaien en weer mee mogen doen bovenin. Zo’n seizoen als deze is minder en met als absolute dieptepunt de diefstallen tijdens de wedstrijd tegen de kampioen CEC. We gaan er in ieder geval weer voor.’

PR: ‘We sluiten altijd af met de zogenaamde nabrander, hebben jullie er ook één voor de lezers van deze column?’

Fenny: ‘vv Hollandscheveld is een warme club. Uiteraard heb ik er de mooiste tijd gehad samen met mijn man, maar ook daarna zijn de mensen mij nooit vergeten.’

Gert: ‘Ik heb heel veel waardering voor alle mensen die vrijwilliger zijn bij vv Hollandscheveld op wat voor gebied dan ook. Daarom roep ik ook degenen op die nog geen vrijwilliger zijn om je aan te melden en gezamenlijk vv Hollandscheveld vooruit te helpen.’

Dylan: ‘Als jongste hier hoop ik dat de familie Scholing nog heel lang bij vv Hollandscheveld betrokken mag en kan zijn in de toekomst.’

De PR wil bij deze mevrouw Scholing bedanken voor haar gastvrijheid en alle drie voor deze mooie avond. Wij wensen jullie vanaf deze plaats alle goeds toe voor nu en de toekomst.